Jutten



Hoezeer ik me ook verdiept heb in meditatie en yoga, niets is zo ontspannend voor me als met mijn blote voeten langs de zee te lopen. Ik kan het uren volhouden.

Daarom hou ik zo van het voor- en najaar. Dan zijn de stranden leeg, de wind waait lekker hard en je kunt zonder problemen vrijwel eindeloos voortsjokken langs de vloedlijn. Als er hier en daar maar een strandtent open is, zodat ik uiteindelijk ergens kan neerstrijken voor een kop soep of een beker warme chocolademelk met slagroom.

Valt er nog wat te jutten op de Nederlandse stranden? Niet veel. Een mooie schelp, een vreemde steen, soms een haaientand. Jutten is, zoals zoveel dingen in Nederland, vervangen door een formele functie, die van strandvonder. Als er echt een schip vergaat, en de lading aan land spoelt, gaan de officiƫle strandvonders aan de slag, aangestuurd door de hoofdstrandvonder, de burgemeester van de betreffende gemeente.

Ik loop langs het strand, zonder doel, zonder dat ik iets moet, zonder dat het mogelijk is dat er iets mislukt. Na enige tijd bestaat voor mij alleen het strand nog maar, de golven, de wind, de meeuwen en in de verte een passerende boot.

Wat resteert na afloop van de wandeling is een uiterst tevreden gevoel, alsof alles ineens blijkt te kloppen. Ik hou dat gevoel nog even als ik mijn soep oplepel, maar daarna ga ik weer terug naar de waan van de dag, waar vaak niets klopt en alles altijd ingewikkelder wordt gemaakt dan het is.


---